Op om 5 uur voor de 450 kilometer lange verplaatsing naar Nairobi, Kenia. Door diverse werkzaamheden aan de weg waren opnieuw een aantal stukjes offroad, wat gezellig schokken en schudden in de truck teweegbracht. Na 13 ellendige uren zijn we dan eindelijk gearriveerd in het hotel. Wie in België klaagt over de file moet eens in Nairobi komen rondrijden. Chaotisch verkeer, agenten die de boel nog erger maken, chauffeurs die op de middenberm keren en vast komen te zitten, onverantwoord rijden en anderen de baan afsnijden, … Nog nooit meegemaakt. Op een bepaald moment hebben we drie kwartier stilgestaan aan een rotonde omdat de agent besliste dat eerst al het andere verkeer eerst passeren. Bijkomend probleem was dat de verkeerssituatie veranderd was en onze chauffeur een andere route moest nemen. Ik schat dat we over de laatste tien kilometer zo’n drie uur gedaan hebben. En dit gebeurt hier iedere dag, ’s morgens en ’s avonds. Respect voor de mensen die hier iedere dag moeten rondrijden. Ik zou het niet kunnen.
’s Avonds dineerden we in Carnivore Restaurant, zoals de naam al doet vermoeden, het walhalla voor vleeseters. Bij de ingang stonden de vleesspiesen al te draaien boven het vuur. Kippenvleugels, kippenbillen, rundvlees, lamsvlees, ribbetjes, maar ook iets exotischer vlees staan op het menu zoals kippenmagen, stierenkloten, struisvogelgehaktballetjes en krokodil. 30 € per persoon, all you can eat. Enige nadeel waren de schandalig hoge prijzen van de drankjes. Bier was er 2,5 keer duurder dan elders en de prijs van de cocktail was even duur als bij ons. Het eten was ok, maar de rekening was een tegenvaller.
Travel the world 