Alhoewel Kurashiki best wel een leuke stad is gingen we vandaag weer op verplaatsing. Een dag die vroeg begon en laat zou eindigen. De dag bestond uit twee delen. Eerst via de ferry naar een van de meest iconische bezienswaardigheden van Japan, Miyajima, om te eindigen in Hiroshima, een wereldberoemde stad om de verkeerde redenen.
Na een korte ferrytocht kwamen we aan op het eiland Miyajima, wereldberoemd om de toripoort. Jammer genoeg regende het en waren er duizenden andere dagjestoeristen waardoor de aankomst iets minder spectaculair was dan verwacht. Bovendien was het laag tij en stond de tori in de steigers. De bovenste foto toont hoe wij het zagen, de onderste foto’s toont de tori in de reisbrochures.
Het Itsukushima-schrijn is een shintoschrijn en staat sinds 1996 op de Werelderfgoedlijst van UNESCO. Verschillende gebouwen en voorwerpen van het schrijn staan tevens op de lijst van het Nationaal erfgoed van Japan. De geschiedenis van het schrijn gaat terug tot de 6e eeuw. Het is verscheidene malen vernield geweest. Het huidige schrijn dateert uit het midden van de 16de eeuw maar het ontwerp zou al sinds 1168 onveranderd zijn toen de huidige gebouwen werden opgericht in opdracht van generaal Taira no Kiyomori.
De schatkamer van het schrijn is een piepklein museum met allerlei wapens, wapenuitrustingen en relieken waarvan sommigen meer dan duizend jaar oud zijn.
Daisho-in is een historisch Japans tempelcomplex met vele tempels en standbeelden op de berg Misen, de heilige berg op Miyajima. Het is de veertiende tempel in de Chūgoku 33 Kannon-bedevaart en beroemd om de esdoorns en hun herfstkleuren. Samen met Mount Misen is Daisho-in Werelderfgoed. In deze tempel is er een vlam waarvan gezegd wordt dat het brandt sinds de oprichting van het complex, meer dan 1200 jaar geleden.
De wandeling naar de tempel is behoorlijk pittig maar meer dan de moeite waard. Hoe ontzettend druk het ook was aan het schrijn, zo kalm en rustig was het in de tempel. We waren zo goed als alleen om het complex te verkennen. De tientallen schrijnen en kleine tempeltjes bevatten diverse bizarre beelden maar ook de beeldjes van de monniken die het bekende gezegde “horen, zien en zwijgen” uitbeelden zijn een leuke bijkomstigheid.
Na de terugkeer met de ferry reden we verder naar Hiroshima, de stad die in 1945 wereldberoemd werd. Een tocht door de geschiedenis kan helpen hoe het zo ver is kunnen komen.
Nadat Leó Szilárd en Albert Einstein president Roosevelt schriftelijk waarschuwden dat Hitler mogelijk een nieuwe bom ontwikkelde die in één klap hele steden kon vernietigen, begonnen de Amerikanen in 1939, aanvankelijk nog op bescheiden schaal, aan het zogeheten Manhattanproject met als doel een atoombom te ontwikkelen en voldoende splijtbaar materiaal te produceren voor zo’n bom. In 1943 werd het onderzoek grotendeels naar Los Alamos verplaatst. Amerikaanse wetenschappers haastten zich om de kracht van de atoomkern te ontsluiten omdat gevreesd werd dat nazi-Duitsland aan een kernbom werkte. Dit was inderdaad zo, maar het Duitse project is nooit goed van de grond gekomen en toen Duitsland op 8 mei 1945 capituleerde had nog geen enkel land een werkend prototype voltooid. Op 16 juli vond de eerste test-explosie plaats (Trinity). Vervolgens kwamen twee atoombommen gereed voor gebruik, namelijk een uraniumbom (Little Boy) en een plutoniumbom (Fat Man). Er zou lang zijn nagedacht of deze bommen ook ingezet moesten worden. Veel geleerden als Józef Rotblat waren tegen: de bom was ontwikkeld om Hitler voor te zijn, maar nu was Duitsland verslagen. Uiteindelijk besloten de VS de bom tegen Japan te gebruiken. Het hierbij gehanteerde argument was dat een atoombomaanval de oorlog met Japan zou bekorten waardoor onder meer veel Amerikaanse soldatenlevens gespaard zouden blijven. De Amerikaanse ervaringen op Okinawa speelden hierbij een belangrijke rol. Tijdens de slag om Okinawa (van 1 april tot 21 juni 1945) hadden de Amerikanen als gevolg van felle Japanse tegenstand en kamikazeaanvallen onverwacht hoge verliezen geleden. Het Amerikaanse leger redeneerde dat het veroveren van het vasteland van Japan op vergelijkbare tegenstand zou stuiten en nog veel meer doden zou kosten.
Op 10 mei, twee dagen na de capitulatie van nazi-Duitsland, begon te Los Alamos een tweedaags overleg over mogelijke doelwitten van atoombomaanvallen op Japan. Gekozen werd in eerste instantie voor Yokohama, Hiroshima, Kokura, Niigata en Kioto.[1] De laatste stad werd geschrapt omdat in deze stad veel historische tempels stonden. Het pleidooi voor het schrappen van Kioto als doel wordt gewoonlijk toegeschreven aan japanoloog Edwin Reischauer, maar deze heeft dat ontkend. Volgens Reischauer zou Henry Stimson, die er enkele decennia eerder zijn huwelijksreis had gemaakt, Kioto van de lijst hebben geschrapt. Uiteindelijk viel de keuze op Hiroshima. Deze stad had een belangrijke industriële en militaire betekenis en was tijdens de voorafgaande conventionele bombardementen redelijk gespaard gebleven, zodat het effect van een atoombomaanval goed zou kunnen worden nagegaan. De omringende bergen zouden de kracht van de explosie gedeeltelijk focussen op de stad waardoor de verwoesting nog heviger zou zijn. Bovendien was dit de enige grote Japanse stad zonder krijgsgevangenenkamp, zodat er geen slachtoffers onder de eigen troepen zouden vallen. Van 17 juli tot 2 augustus vond in Berlijn de conferentie van Potsdam plaats. Een dag eerder hadden de Amerikanen met succes een proefexplosie uitgevoerd, de Trinity-test. De Amerikaanse president Harry S. Truman was opgetogen wegens het goede nieuws en meldde tijdens de conferentie aan de Russische dictator Jozef Stalin dat hij een nieuw en krachtig wapen tot zijn beschikking had. Stalin, die ironisch genoeg dankzij Sovjet-spionage lang voor Truman op de hoogte was dat de Amerikanen een atoomwapen ontwikkelden, moedigde Truman aan om alle mogelijke wapens te gebruiken om de oorlog zo snel mogelijk te beëindigen. Op 26 juli werd de verklaring van Potsdam uitgegeven. Hierin legden de leiders van de landen die tegen Japan vochten, Harry S. Truman, Winston Churchill en de Chinese leider Chiang Kai-shek, de voorwaarden voor de Japanse overgave vast. Bepaald werd dat Japan zich onvoorwaardelijk zou moeten overgeven, daar het anders direct en totaal zou worden verwoest. Maar voor de Japanners was een onvoorwaardelijke overgave ondenkbaar, omdat zij vreesden voor de goddelijke positie van de keizer (kokutai). Zonder dat de Japanners het beseften werden de voorbereidingen voor de eerste atoombomaanval in de geschiedenis afgerond. Het gebruik van de atoombom moet ook in een ruimere context bekeken worden. Zonder de oorlog in Japan zou de VS niet snel een mogelijkheid krijgen om de impact van het wapen te tonen aan de wereld, en meer bepaald aan Moskou. Deze gebeurtenis kadert dus ook in de oplopende spanningen tussen de Verenigde Staten en de Sovjet-Unie.
Een team onder leiding van Paul Tibbets vloog de bom Little Boy op 6 augustus in de B-29 bommenwerper Enola Gay van Tinian naar Hiroshima en wierp de bom op 9500 meter hoogte boven de stad af. De explosieve kracht bedroeg ongeveer 63 terajoule, wat overeenkomt met 15 kiloton TNT. Tijdens de aanval had de stad ongeveer 255.000 inwoners. Toen Little Boy om 8.15 uur explodeerde, kwamen vrijwel direct 78.000 mensen om het leven als gevolg van de enorme drukgolf en de intense hitte die bij de explosie vrijkwam. Een vergelijkbaar aantal mensen raakte gewond. In de daaropvolgende dagen stierven nog veel mensen als gevolg van stralingsziekte. Het duurde enkele uren voordat men zich elders in Japan realiseerde dat in Hiroshima iets verschrikkelijks was gebeurd. De uitzending van de nationale omroep was in Hiroshima weggevallen, de belangrijkste telegraaflijn van het land was iets ten noorden van de stad verbroken, en vanuit kleine spoorwegstations in de buurt kwamen verwarde berichten over een enorme explosie die zou hebben plaatsgevonden. Ook de verbindingen met het militaire hoofdkwartier in Hiroshima leken weggevallen. Pas nadat vanuit Tokio een verkenningsvliegtuigje met een piloot en een stafofficier naar de stad was gestuurd, werd duidelijk dat zich daar een ramp van ongekende omvang had voorgedaan. Al op 160 kilometer van de stad was een enorme rookkolom zichtbaar, meldde de tweekoppige bemanning. Het vliegtuig cirkelde rond de stad, landde iets ten zuiden ervan, waarna de officier de verwoestingen rapporteerde aan het hoofdkwartier in Tokio.
2.ontwapening en demobilisatie onder verantwoordelijkheid van het keizerlijk hoofdkwartier;
3.geen Amerikaanse bezetting; en
4.de berechting van Japanse oorlogsmisdadigers zou aan de Japanse regering moeten worden toevertrouwd.
– mensen die zich in de eerste twee weken na de aanvallen binnen twee kilometer van het hypocentrum bevonden,
– mensen die zijn blootgesteld aan fall-out,
– baby’s van zwangere vrouwen uit elk van de categorieën hierboven.






















