Een propvolle dag met een onvergetelijke afsluiter: een dagje om nooit te vergeten. We begonnen de dag in de Tempel van de Jade Boeddha. Het complex werd in 1882 gesticht en bezit twee grote publiekstrekkers: twee Boeddhafiguren die gemaakt zijn van jade. De zittende Boeddha weegt maar liefst duizend kilo, is 1.90 meter hoog, bestaat uit wit jade en is ingelegd met edelstenen. De tempel is in 1979 gerenoveerd en wordt tegenwoordig bewoond door monniken, die zorg dragen voor zowel de religieuze als de toeristische aangelegenheden.
De 88 etages hoge Jin Mao Tower is in 1999 voltooid en naar verluid een van de technisch meest geavanceerde wolkenkrabbers ter wereld. De toren is bijna 420 meter hoog en neemt een gigantisch terrein in beslag van bijna 2,5 hectare. De toren heeft een vijfsterrenrestaurant, diverse eet- en entertainmentgelegenheden en biedt schitterende uitzichten over Shanghai.
Op straatniveau is er een aparte ingang voor het observatiedek waar we op de begane grond een toegangskaartje kochten. Vervolgens bracht een van de hogesnelheidsliften ons in 40 seconden naar de 88e verdieping. Het zicht vanop het observatiedek was niet minder dan magnifiek te noemen met zicht op de Bund, Pudong, de haven en het doolhof van de honderden wolkenkrabbers in de omgeving.
Na de Jin Mao Tower brachten we nog een blitzbezoek aan het terrein van de Wereldtentoonstelling van 2010. Het Duits en Chinees paviljoen zijn mooie voorbeelden van moderne architectuur en zeker een bezoekje waard.
De Yu-tuin is een eeuwenoude en een van de meest weelderige klassieke Chinese tuinen ter wereld, met vele tientallen vijvers, beekjes, bruggetjes, pagodes en theehuisjes. Al sinds Marco Polo vele eeuwen geleden China bezocht, wordt door reizigers melding gemaakt van de vaak adembenemend mooie Chinese tuinen en parken. Met talloze bruggetjes, beekjes, paviljoenen, pagodes en theehuisjes zijn ze een wereld van verschil met de parken die we in Europa kennen. Een klassieke Chinese tuin bezichtigen is voor iedereen die naar China reist dan ook ten zeerste aan te raden. Bezoekers van Shanghai treffen het, want laat één van de rijkst versierde Chinese tuinen, de meer dan 450 jaar oude Yu-tuin, nu net midden in het centrum van de oude binnenstad van Shanghai liggen.
Het woord Yu staat in het Chinees voor onbezorgdheid en je op je gemak voelen. Een rondgang door de Yu-tuin maakt meteen duidelijk waarom voor deze naam gekozen is, want de ontelbare weggetjes, vijvers, pagodes en halletjes hebben als doel de bezoekers zo veel mogelijk op hun gemak te stellen. En hoewel de tuin slechts twee hectare groot is, doet het door zeer efficiënt gebruik van de beschikbare ruimte vele malen groter aan.
De Yu-tuin is door met draken versierde stenen muren onderverdeeld in zes delen. Na de ingang kom je meteen terecht in de Sansui-hal, de grootste vertrekken in de tuin die in vergane eeuwen gebruikt werden voor plechtigheden en het onderhouden van gasten. Achter deze hal vind je een rotstuin, die met een hoogte van 14 meter de grootste Chinese rotstuin ten zuiden van de Yangtze is. De overige delen van de tuin hebben daarentegen weer meer planten, vijvertjes en beekjes. Sommige van de bomen die je hier aantreft zijn meer dan vier eeuwen oud. De achterste delen van de Yu-tuin tenslotte, die zicht bieden op de Chenghuang-tempel aan de andere kant van de buitenmuren, is compacter en voorzien van gangetjes en grotten. Ook is hier een klein podium te vinden waar in het verleden muziek en toneelstukken gespeeld werden.
Zoals tegenwoordig nog steeds het geval in China, waren het ook ten tijde van het keizerrijk de hoge ambtenaren die geld doorsluisden naar luxueuze persoonlijke projecten. De Yu-tuin is het resultaat van de inspanningen van Pan Yunduan, een ambtenaar die leefde in de zestiende eeuw en de tuin liet aanleggen als onderkomen voor de oude dag van zijn ouders. De Yu-tuin met al haar overstelpende weelde kan dus gezien worden als een veredeld bejaardentehuis. Samen met de ondergang van de Pan-familie viel echter ook de tuin in verval, en twee eeuwen later deze overgekocht door kooplieden. De tuin werd toen grondig gerestaureerd en uitgebreid, om vervolgens in de negentiende en het begin van de twintigste eeuw weer afwisselend door buitenlandse en Chinese soldaten gesloopt te worden. Uiteindelijk was het de stad Shanghai die de tuin in de jaren 1950 in bezit nam, het volledig liet herstellen en opende als toeristische bezienswaardigheid.
De Bund is een promenade midden in het centrum van Shanghai volgebouwd met indrukwekkende koloniale bouwwerken en een geweldig uitzicht op de moderne wolkenkrabbers aan de andere kant van de rivier. Meer dan welke Chinese stad dan ook is Shanghai sinds de negentiende eeuw opgebouwd door de westerse mogendheden. In een tijd dat het Chinese keizerrijk op instorten stond, hadden de koloniale machten, met de Britten voorop, zich lappen grond toegeëigend die ze naar eigen inzicht konden inrichten. De gunstige ligging aan de monding van de Yangtze had daardoor niet alleen als resultaat dat Shanghai snel uitgroeide tot een van de grootste financiële centra ter wereld, maar ook dat dit deel van de stad volgebouwd werd met majestueuze kantoren en hotels die zich konden meten met het beste wat Europese hoofdsteden in die tijd te bieden hadden. De meest indrukwekkende van deze koloniale bouwwerken zijn te vinden aan een promenade die bekend staat als de Bund, gelegen langs de Huangpu-rivier midden in het centrum van de stad. Tegenwoordig vormt de Bund samen met het overweldigende uitzicht op de hypermoderne wolkenkrabbers aan de andere kant van de rivier de meest in het oog springende toeristische attractie van Shanghai.
Sinds een grondige renovatie voorafgaand aan de wereldtentoonstelling van 2010, bestaat de Bund uit een ruim opgezette promenade van anderhalve kilometer in lengte van waar talloze prominente koloniale gebouwen goed te bezichtigen zijn. Het gaat te ver ze allemaal te omschrijven, maar de meest interessante zijn hieronder op een rijtje gezet. Veel gebouwen zijn bovendien voor toeristen toegankelijk, dus het kan geen kwaad de weg eens over te steken om ook binnen een kijkje te nemen.
Beginnend in het noorden bij de Suzhou-rivier, valt ten eerste de Waibaidubrug op. Deze brug is net iets meer dan een eeuw oud en was de eerste volledig stalen brug in China. Hoewel het meeste verkeer nu door tunnels onder de rivier door wordt geleid, is de brug vandaag de dag nog steeds in gebruik. Tegenover de brug vind je het voormalige consulaat van Groot-Brittannië en dan enkele statige bank- en verzekeringskantoren op rij. De meeste hiervan hebben na de oorlogen en het communistische avontuur van de vorige eeuw inmiddels hun oorspronkelijke functies weer ingenomen.
Iets verderop krijg je dan het Peace Hotel aan weerszijden van Nanjinglu, de belangrijkste winkelstraat van Shanghai. Het is vooral het gebouw aan de noordzijde met het groene dak dat de moeite van het bekijken waard is. Oorspronkelijk gebouwd als het hoofdkantoor van Victor Sassoon, een Iraakse jood die een gigantisch financieel imperium beheerde, was dit lange tijd het hoogste gebouw van Shanghai. De weelderige ontvangsthal en restaurants zijn via de zijkant toegankelijk voor bezoekers.
Tussen de gebouwen die na het Peace Hotel volgen, vallen met name het douanekantoor en het aangrenzende HSBC-kantoor op. Het douanekantoor, met de hoge en opvallende klokkentoren, wordt nu nog steeds gebruikt als douanekantoor voor buitenlandse schepen die de haven van Shanghai binnen varen. Het HSBC-kantoor wordt daarentegen niet meer door HSBC zelf gebruikt, maar door een plaatselijke bank. Van alle gebouwen op de Bund is dit gebouw met zijn enorme koepel en prachtige neo-klassieke lobby eentje waar je absoluut even naar binnen moet lopen.
Helemaal aan het zuidelijke uiteinde tenslotte, tegenover de vuurtoren, heb je op nummer 1 het voormalige kantoor van Royal Dutch Shell, voor hen geïnteresseerd in Nederlandse activiteiten in Shanghai.
Voor zij die oude gebouwen maar niets vinden, hoeven zich op de Bund alleen maar om te keren om aan de andere kant van de rivier een van de hoogste en meest indrukwekkende skylines ter wereld te zien. Waar twintig jaar geleden boeren hun akkers in het Pudong-district bewerkten, rijzen nu meest moderne wolkenkrabbers die je je maar kunt voorstellen zo ontzettend hoog uit de klei dat ze dikwijls ook letterlijk in de wolken verdwijnen. Vooral ‘s avonds als alle neonverlichting ingeschakeld is, lijkt het alsof je uitkijkt op een futuristische wereld. Twee van de hoogste gebouwen van Shanghai, het Shanghai World Financial Center en de Oriental Pearl Tower, zijn goed te herkennen. Het contrast van het moderne Pudong met de historische Bund, waar de gebouwen ‘s avonds ook in al hun glorie verlicht worden, maakt een bezoek aan deze promenade een onvergetelijke gebeurtenis.
Een Rivier-cruise op de Huangpu-rivier is voor iedereen op bezoek in Shanghai een uitstekende en ontspannen manier om kennis te maken met een van de meest indrukwekkende skylines ter wereld. Shanghai is met 23 miljoen inwoners zonder meer de grootste Chinese megastad en een van de grootste ter wereld. Door de vrijwel ongeremde bouwgekte van de laatste jaren kent de stad ook zonder meer een van de meest moderne, hoogste en indrukwekkendste skylines ter wereld. Tevens heeft Shanghai na de eeuwwisseling de titel van grootste haven ter wereld van Rotterdam en Singapore overgenomen. Om een indruk te krijgen van de buitengewoon gigantische afmetingen van deze stad, biedt een rondvaart op de Huangpu-rivier hiervoor een uitstekende mogelijkheid. Met een groot aanbod van cruises en rondvaarten, variërend van korte tochtjes tussen de met neon-verlichte wolkenkrabbers in de avonden tot een cruise met diner naar de monding van de Yangtze, is er voor iedereen wel wat wils.
Zittend op het dek van een van de vele rondvaartboten terwijl je de wereldstad met haar miljoenen Chinezen langzaam aan je voorbij ziet gaan is uiteraard een erg aangename manier om Shanghai te beleven. Wat je in ieder geval bij elke cruise zult zien is de Bund. Deze prachtige koloniale gebouwen zijn hier verrezen toen de westerse mogendheden vanaf de negentiende eeuw de dienst in China uitmaakten. Zelfs meer dan een eeuw later behoren ze nog tot de meest imposante bouwwerken van de stad. Wat je als je langs de kade loopt niet ziet, maar wel vanaf de boot op de rivier, is de moderne stad van letterlijk duizenden hoge kantoorgebouwen die achter de Bund steeds beter zichtbaar worden naar mate je verder stroomafwaarts vaart. Kijk je tenslotte de andere kant op, dan zul je daar het nieuwere deel van Shanghai zien, Pudong. Hier zijn de wolkenkrabbers zo mogelijk nog hoger.
Om dit alles te zien volstaan de kortste rondvaarten, die ongeveer 50 minuten in beslag nemen. Hiervan vertrekken er vaak meerdere boten per uur, hoewel er tijdens het laagseizoen en doordeweeks wel minder rondvaarten dan in het hoogseizoen en de weekenden zijn. ‘s Avonds is met alle neonverlichting deze rondvaart misschien nog wel indrukwekkender dan overdag. Afhankelijk van de grootte en luxe van de boot kosten deze korte rondvaarten tussen de 50 en 100 yuan.