Het eiland Naxos, dat ongeveer 25.000 inwoners telt, is behoorlijk bergachtig en, zeker in vergelijking met de omringende eilanden, betrekkelijk groen en vruchtbaar. Een machtige bergketen, de Zas, steekt 1001 m boven de zeespiegel uit en is van vrijwel overal op het eiland te zien. In de (door irrigatie) vruchtbare dalen worden onder meer citrusvruchten, olijven en druiven verbouwd, terwijl in het bergland de veeteelt (schapen en geiten) zorgt voor de productie van kaas. Verder ontgint men nog steeds marmer.
Op Naxos zou de Atheense koningszoon Theseus op bevel van de goden zijn geliefde Ariadne hebben achtergelaten, hoewel zij hem op Kreta uit het labyrint van de Minotaurus had weten te krijgen door middel van een kluwen wol. Het ongelukkige meisje werd opgemerkt door de god Dionysus, die zich over haar ontfermde en haar minnaar werd. Er wordt zelfs gezegd dat zij samen twee kinderen kregen, Staphylus en Oenopion. Een andere mythe vertelt dat Dionysos zou geboren zijn in Nyssa (op Naxos); hoe dan ook, de eredienst van Dionysus was de belangrijkste godencultus op het eiland.
Onze volledige dag in Naxos brachten we door met een bezoek aan enkele van de belangrijkste bezienswaardigheden in de omgeving van de hoofdstad.
De tempel van Demeter werd rond 530 v. Chr. gebouwd. Op basis van de vondsten was het heiligdom waarschijnlijk gewijd aan Demeter. Er zijn ook aanwijzingen voor een cultus voor Apollo op de site. Als de tempel in de 4e eeuw na Christus nog steeds in gebruik was, zou hij gesloten zijn geweest tijdens de vervolging van heidenen onder de christelijke keizers. In de 6e eeuw na Christus werd de tempel grotendeels afgebroken en werd op dezelfde plek een christelijke basiliek met drie schepen uit dezelfde steen gebouwd.

Indrukwekkend is dat het hele gebouw, dat geheel uit marmer is opgetrokken, volledig doordrongen is van een gemeenschappelijke kromming, waarvoor elk afzonderlijk deel van het gebouw speciaal gevormd moest worden. Deze zorgvuldige vormgeving van de afzonderlijke onderdelen maakte de reconstructie eenvoudig, aangezien de exacte afmetingen van een groot aantal van de ongeveer 1600 overgebleven delen van het gebouw hun oorspronkelijke locatie aangaven.






De kerk van Panagia Drossiani is de oudste christelijke kerk van Naxos. Gelegen in de buurt van het stadje Moni, wordt het beschouwd als een van de belangrijkste Byzantijnse kerken en is daarom van enorme historische betekenis.

De kerk dateert uit het einde van de 6e eeuw na Christus. Ze staat vol met zeldzame schilderijen en biedt een prachtig uitzicht op de Tragea-vallei.





De koepel toont de Almachtige Jezus Christus. Voor het altaar zie je aan de rechterkant Sint-Joris op een paard zitten, terwijl achter hem een jongetje zit dat water draagt.

De kerk beschikt over een mooie binnenplaats waar ook de regionale begraafplaats is gevestigd. Elk jaar op Goede Vrijdag bruist de kerk van de lokale bevolking uit het dorp Moni, waarbij een oude traditie wordt gevierd van het aanbieden van sterke alcohol, raki en brood met rozijnen en noten aan alle gasten.

Onderweg stopten we ook nog in een olijffabriek met een antieke olijfpers. Olijven worden volop in landen met een mediterraan klimaat geteeld. Warme droge zomers en relatief milde winters zijn een zeer geschikt klimaat. De olijf groeit uit tot een groenblijvende boom van een meter of negen. Er zijn veel soorten olijven met grote en kleine vruchten.

De olijvenoogst vindt in het late najaar plaats. Er zijn verschillende manieren om de olijven te plukken. Ten eerste kan met een emmertje de boom in geklommen worden, waarna de olijven in het emmertje geritst worden. Ten tweede kan er een net of (plastic) kleed onder de boom gelegd, waarna de boom geschud wordt, en de takken met stokken bewerkt worden zodat de olijven in het net of kleed vallen. Ten derde kunnen de olijven met een soort harkjes van de takken getrokken worden. Ook dan vallen de olijven in een net of kleed, dat daarna samengevouwen wordt, waarna de olijven in een mand of krat geschud worden.
Na de oogst worden de vruchten naargelang van hun soort ingelegd in zuur of aan de lucht blootgesteld. Olijven worden niet vers van de boom gegeten want ze zijn dan nog oneetbaar bitter. Ze worden eerst een paar maanden tot een jaar in een zoutwaterbadje gelegd om de bittere smaak te verwijderen. Het proces kan worden versneld door de schil in te kerven of door de olijven na het plukken kort in te vriezen, waardoor het zout sneller door de vrucht wordt opgenomen. Dit pekelen is de traditionele manier van bereiden, de olijven die eerst nog vele tinten groen tot geelbruin hadden worden op natuurlijke manier zwart. Er is dus geen kleurstof nodig. Omdat dit veel tijd vraagt, zijn de gepekelde olijven duurder dan de fabrieksmatig geproduceerde, maar de geur en smaak is meer intens.
Olijven kunnen in allerlei gerechten verwerkt worden. In Griekenland worden ze veelal met wat feta (geiten- of schapenkaas) gegeten. Verder eet men ze als onderdeel van salades, op pizza’s en andere maaltijden. Veel olijven worden niet ingemaakt, maar door middel van persing tot olijfolie verwerkt, een vloeistof die zeer veel toepassingen heeft zoals voor het bereiden van voedsel, als brandstof voor verwarming en verlichting, als geneesmiddel of als basis voor cosmetica (bijvoorbeeld zeep).
Net buiten het dorp Melanes, op het platteland van Naxos, ligt het onvoltooide standbeeld van een Kouros (jongeman). Het ligt op de grond, precies op de plek waar het door archeologen werd gevonden. Het is 6 meter lang en dateert uit de 7e eeuw. In Naxos worden onvoltooide sculpturen meestal gevonden in de buurt van marmergroeven. Veel werkplaatsen waren bezig met het maken van standbeelden voor rijke inwoners. Het is mogelijk dat dit beeld tijdens het transport beschadigd is geraakt en daarom is achtergelaten.
