Het Theater van Epidaurus, het best bewaarde theater uit de Griekse oudheid, was verbonden aan de cultusplaats voor Asclepius, god van de geneeskunde, in het antieke Epidaurus.
Dit bijzonder goed bewaarde theater, dat als een reusachtige schelp tegen de flank van een heuvel ligt, werd in de 4e eeuw v.Chr. gebouwd door de architect Polycletus de Jongere uit Argos, volgens zuiver wiskundige principes. Het biedt plaats aan 14.000 toeschouwers, en de akoestiek is er ronduit fantastisch. Er zijn 55 rijen zitplaatsen: 34 onder het middenpad (diazoma), verdeeld in 12 sectoren, en 21 erboven, verdeeld in 22 sectoren. Aan het verschil in vorm van de onderste en bovenste rijen is duidelijk te zien dat er twee bouwfasen zijn geweest. Er waren eerst 34 rijen zitplaatsen, een eeuw later is dit met 21 rijen uitgebreid.
De eregasten zaten op de roodgekleurde eerste rij: zij kregen een rugleuning en zitkussentjes. De vloer van de orchestra (toneelvloer) heeft een diameter van ruim 20 meter; van hieraf worden zelfs zwakke geluiden, zoals zuchten of fluisteren, ongestoord tot aan de hoogste zitplaatsen gedragen, bijna 23 meter hoger. Het theater wordt doorgaans bewonderd vanwege zijn akoestische eigenschappen, die nagenoeg overal in het theater een vlekkeloze verstaanbaarheid toelaten, dit zonder enige kunstmatige versterking van het geluid. Reisgidsen laten groepjes van mensen overal in het theater plaatsnemen, zodat ze getuige kunnen zijn van hoe bijvoorbeeld het aansteken van een lucifer duidelijk overal hoorbaar is.








